Bewijs van bestuurderschap

Bron: Hoge Raad

De bestuurder van een BV is hoofdelijk aansprakelijk voor omzetbelastingschulden van de BV. Deze aansprakelijkheid geldt ook voor een indirecte bestuurder. Een indirecte bestuurder is de natuurlijke persoon, die bestuurder is van een BV die optreedt als bestuurder van een andere BV. Het feit, dat iemand in het handelsregister staat ingeschreven als bestuurder van een BV, is niet beslissend voor het door de Belastingdienst te leveren bewijs van bestuurderschap. De Hoge Raad heeft dat onlangs bevestigd.

De Belastingdienst stelde iemand aansprakelijk, die gedurende drie maanden ingeschreven heeft gestaan als bestuurder van een holding. De holding was de enige aandeelhouder en bestuurder van een BV met een niet betaalde omzetbelastingschuld. De vermeende bestuurder bestreed de aansprakelijkstelling in een procedure. Zowel de rechtbank als het gerechtshof vond niet aannemelijk gemaakt dat de inschrijving als bestuurder in het handelsregister met terugwerkende kracht ongedaan is gemaakt of een andere periode betrof. Op die grond luidde het oordeel dat de belanghebbende terecht aansprakelijk was gesteld voor de niet betaalde omzetbelasting.

De Hoge Raad heeft de uitspraak van het hof vernietigd omdat onjuist is, dat de enkele inschrijving als bestuurder volstaat. Hof Den Bosch moet nu onderzoeken of de belanghebbende moet worden aangemerkt als middellijk bestuurder van de BV met de omzetbelastingschuld.